PR's per (top)ploeg in seizoen 2023-2024

Discussie in 'Lange baan' gestart door Lorca, 8 mei 2024.

  1. Lorca

    Lorca Well-Known Member

    In het transfertopic repte ik al dat het interessant zou zijn om te bestuderen welke ploegen het vooral qua PR's goed deden in seizoen '23-'24. Immers krijgen sommige ploegen veel lof of juist veel kritiek, terwijl dat vaak met name gebaseerd lijkt te zijn op de prestaties van een selecte groep schaatsers binnen die ploeg. Zij het schaatsers die er positief uitspringen, dan wel negatief.

    Daarom probeer ik de komende dagen dagelijks een ploeg onder de loep te nemen met een overzicht van de PR's die zijn gereden in het seizoen 2023-2024. Ik houd het wel overzichtelijk voor mijzelf, dus snelste MS-TS-TP-rondes of tijden neem ik niet mee in mijn overzicht, al nodig ik een ieder uit om mij aan te vullen.

    Uiteindelijk zijn PR's wat mij betreft toch de maatstaf om te kijken of schaatsers bij een ploeg vooruitgaan en vind ik die progressie vaak nog leuker om te zien dan het winnen van titels. Nu zeggen PR's niet alles. Zo beoordeel je marathonschaatsers primair op marathonprestaties. En beoordeel je toppers daarentegen wel vooral op titels, waarbij zeker bij de oudere toppers het meer een kwestie van marginale verbetering is. Zij kunnen zichzelf niet continu blijven verbeteren op de afstanden. Daarnaast kan het natuurlijk dat iemand in de trainingen volop PR's rijdt, maar dat dit er in de wedstrijden niet helemaal uitkomt. Of is een tijd op een langzamere baan of onder zwaardere omstandigheden soms meer waard dan het eigen PR.

    Tot slot kunnen er 100 legitieme redenen zijn waarom iemand niet tot een PR is gekomen. Blessureleed en ziekte spelen een grote rol door een schaatsseizoen. Niettemin geeft het wel een heel aardig beeld van het werk dat de ploegen verrichten.

    Ik begin op alfabetische volgorde en trap dus af met AH Zaanlander. Ik zal niet overal enorm veel toelichting geven, nu harde cijfers vaak voor zich spreken. Zeker wanneer iemand enorme PR's heeft gereden. Anderzijds is het wel handig om een toelichting te plaatsen waarom een schaatser wellicht tegenviel. Bijvoorbeeld bij blessureleed of bijvoorbeeld wanneer een groot deel van de ploeg (AH Zaanlander) zich primair op de marathon focust.

    Vermoedelijk ga ik morgen door met IKO. Het is best een aardig klusje, dus het Gewest Fryslan en Team Frysk sla ik gemakshalve over. Ik houd het daarnaast bij Nederlandse ploegen, zodat ik Novus en Gold over sla. Wil iemand die ploegen wel onder de loep nemen: be my guest :)
    fransvanbakel, tostiees-31, Duif en 2 anderen vinden dit leuk.
  2. Lorca

    Lorca Well-Known Member

    Goed, dan de inhoud. We beginnen bij AH Zaanlander. Die hadden niet alleen qua aantallen WK-titels een topseizoen, maar ook qua hoeveelheid PR's was jaargang '23-'24 een succes. Eerst maar eens inventariseren wie verleden jaar ook alweer in de gelederen van Anema en Samplonius deelnamen.

    Onder contract in '23-'24:
    Stolz; Wierda; Den Hertog; Harink; Gelling; De Boer; Bouma; Schouten; Groenewoud; Dul; Wijfje; Pruisscher; Verweij; Kerkhoff.

    4 van de 14 schaatsers reden geen PR's. Dat zijn Melissa Wijfje, Maaike Verweij, Irene Schouten en Ids Bouma. Dat is niet zo verwonderlijk. Schouten (kwam wel tot haar 2e snelste 5000m ooit) en Wijfje hadden een succesvol seizoen, terwijl Wijfje ook nog eens terugkwam van zwaar blessureleed. Verweij miste de gehele voorbereiding op het seizoen door Pfeiffer en eerdere revalidatie. Bouma reed geen langebaan (en miste bijna het hele seizoen door overtraindheid). De rest reed allemaal minimaal 1 PR, waarbij de verbetering van Pruisscher, Gelling en De Boer op de marathon evidenter was dan op de langebaan. Pruisscher en De Boer wonnen ieder hun allereerste marathon, terwijl Gelling voor het eerst Nederlands Kampioen Natuurijs werd. Zelfs Arianna Pruisscher reed dus nog een best PR op de langebaan (3000m), terwijl zij dit seizoen nog gehinderd werd door de gevolgen van een ernstige peesscheuring van verleden jaar. Wat hier vooral opvalt is een opzienbarend aantal grote PR's. Vooral Elisa Dul, Jordan Stolz en Sjoerd den Hertog (heel knap voor een dertiger) spanden daarin de kroon. De marathonkopmannen (Den Hertog, Gelling en Harink) wisten zich sowieso behoorlijk te verbeteren op de langebaan. Voor de meesten bleef de verbetering daarnaast ook lang niet beperkt tot één afstand. Sterker nog, Stolz, Dul en Groenewoud verbeterden zich elk op minimaal 4 afstanden.

    Dan eerst de heren:

    Stolz:
    34,08 -> 33,69
    1.06,47 -> 1.05,37 [WR]
    1.42,26 -> 1.40,87
    6.24,41 -> 6.14,76
    13.04,76 (nog geen tijd staan)

    Den Hertog:
    3.51,10 -> 3.45,88
    6.30,62 -> 6.19,60
    14.17,04 -> 12.57,62

    Wierda:
    6.21,14 -> 6.17,75
    13.22,55 -> 13.18,82

    Harink:
    3.52,05 -> 3.48,37
    6.35,38 -> 6.27,92

    Gelling:
    3.56,74 -> 3.47,41
    6.43,46 -> 6.38,92 [Groningen]

    De Boer:
    3.45,20 -> 3.44,93

    En vervolgens de dames:

    Dul:
    1.15,19 -> 1.14,48
    1.54,68 -> 1.54,41
    4.07,26 -> 3.58,45 (!)
    6.58,35 (nog geen tijd staan)

    Groenewoud:
    1.15,20 -> 1.13,73
    1.53,99 -> 1.53,17
    3.58,89 -> 3.56,27
    6.52,37 -> 6.50,77

    Kerkhoff:
    2.01,48 -> 1.59,64
    4.14,61 -> 4.06,67
    7.37,16 -> 7.07,03

    Pruisscher:
    4.11,30 -> 4.05,64
    fransvanbakel, Thialf, Forza en 4 anderen vinden dit leuk.
  3. Lorca

    Lorca Well-Known Member

    Een nieuwe dag en dus een nieuw team om alle PR's van vóór het seizoen af te zetten tegen PR's die genoteerd stond bij einde seizoen. Team IKO is aan de beurt. Dat zou direct een mooi contrast met AH Zaanlander moeten opleveren. Waar de helft van AH Zaanlander met name voor het marathonschaatsen op de loonlijst staat (hetgeen AH Zaanlander dus een ietwat vreemde eend in het langebaanlandschap maakt), is IKO op een enkeling na alleen bezig met langebaanschaatsen en dus moeten zij het wel degelijk hebben van verbetering op de langebaan. Daarnaast is IKO het jongste topteam van Nederland. Niet alleen qua organisatie, maar ook qua gemiddelde leeftijd van de schaatsers. Nadat jaren van korte termijn ambitie bij IKO vooral kopzorgen opleverden met grote namen die niet konden leveren en werkelijk altijd fysieke kwaaltjes hadden (denk aan Blokhuijsen, Ter Mors, Wijfje, Letitia de Jong, Velema, Visser), gooide IKO het na de Spelen van 2022 over een andere boeg door terug te gaan naar de roots van voormalig jeugdtrainers Martin en Erwin ten Hove. Dat wil zeggen: opleiden en zorgen dat het team toekomstbestendig zou worden. De begeleidingsstaf werd uitgebreid en Erik Bouwman werd als voornaamste coach erbij genomen (wat misschien toch een eerlijke bevestiging van de staf was dat het in de jaren voorafgaand aan Peking niet helemaal goed draaide). Vooral jeugdige - grote - talenten werden langdurig vastgelegd met het oog op de toekomst, en op de voorgrond met één kopman (Swings) en één kopvrouw (Beune) leveren op het hoogste niveau. En dat leveren, dat deed Beune na jaren van hoge verwachtingen eindelijk afgelopen seizoen, in onophoudelijke mate, terwijl met Swings (gouden) Mass Start medailles gegarandeerd zijn.

    Met zo'n jeugdig team (9 van de 14 waren neosenioren) moet een hoop PR's wel gegarandeerd zijn en dat blijkt ook zo te zijn, maar laten we in de volgende post eerst eens inventariseren wie ook alweer onder contract stonden bij IKO afgelopen jaargang.
    Marcel Vos vindt dit leuk.
  4. Lorca

    Lorca Well-Known Member

    Team IKO, jaargang '23-'24:
    Swings; Speijers; Diniz; Vos; Esders; Liiv; De Ponti; Van de Bunt; Broos; Beune; Groot; Hersman; Visser; J. Groenewoud.

    Alleen Bart Swings, Gijs Esders en Esmee Visser reden geen PR. Visser is een bekend verhaal en trainde bovendien uitsluitend met Team Frysk mee. Bij Swings viel de langebaanprogressie mij dit jaar een beetje tegen (en bij hemzelf ook wel), maar het was uiteindelijk gewoon weer een succesvol seizoen. Esders was meer een mentorfiguur en had dit seizoen ook een liesblessure.

    De andere 11 teamleden reden wel een PR. Zelfs De Ponti, die grotendeels bij zijn oude KTT bleef meetrainen en bijna nooit wedstrijden reed door rugproblemen, noteerde een klein PR op de 3000m. Succesvol seizoen zou je zeggen, maar er zijn wel wat kanttekeningen bij te plaatsen. Zo schaatsten Hersman en Jade Groenewoud, de doorstromende neo's, beiden slechts naar één PR. Dat een doorstromende sprinter na één zomer bij een topploeg (met méér basistraining) geen PR 1000m kan rijden is wat ongewoon (Hersman), en de ander haalde slechts een kleine fractie van haar 1000m PR af waar ze als allrounder weinig aan heeft (J. Groenewoud). Dat laatste gaan we bij JV waarschijnlijk eveneens terugzien, waar de allrounders ook voortdurend 1000 meters rijden. Over Jade Groenewoud gesproken: zij ging op de afstanden waar ze wereldkampioen werd (toch wat ongewoon dat een groot juniorenkampioen zo onzichtbaar is bij de stap naar de senioren) hard achteruit en vooral haar 5km op het NK Allround was een pijnlijk gezicht. Ik weet dat ze tegen het einde van de voorbereiding covid had, maar geen idee of dat haar misschien gehinderd heeft gedurende het seizoen. Laat ik daar evengoed maar niet over speculeren. Hopelijk komt ze volgend seizoen, vermoedelijk bij het Gewest Fryslan, weer op niveau.

    Ook valt hier op dat je op bijna alle afstanden PR's kunt rijden, en toch een minder succesvol seizoen kunt afwerken dan de vorige (zo reed Groot vorig seizoen nog het EK Allround als reserve, om dit seizoen slechts 5e te worden op een NK zonder Beune en Marijke Groenewoud). We zien bij IKO bovendien de nodige rijders die uiteindelijk, ondanks hun jeugdigheid, toch wel erg marginaal vooruit gingen. Hier staat natuurlijk dan weer wel de enorme progressie van bijvoorbeeld Beune tegenover, al steekt het geheel wat schril af tegen de ploeg van gisteren - AH Zaanlander. Ook valt soms een grote wisselvalligheid op tussen toptijden gedurende het seizoen, hetgeen exemplarisch is voor de jeugdigheid binnen deze ploeg. Speijers kon bijvoorbeeld na zijn 6.16 zelfs geen enkele keer binnen 7 seconden van die tijd komen (al was op Roest en Huizinga na geen enkele Nederlandse stayer constant). En hoewel ik eerder ''tenslotte'' zei, dan toch een laatste kanttekening: ik houd hier geen rekening met Thialf PR's, terwijl die beste tijden misschien wel de beste graadmeters voor progressie zijn. Dan is de verbetering van Beune bijvoorbeeld nóg een stuk duidelijker. Enfin, laat ik de cijfers voor zich spreken:

    Heren:

    Broos:
    35,33 -> 35,21
    1.09,86 -> 1.09,57

    Diniz:
    34,84 - 34,70

    Vos:
    35,25 -> 35,07
    1.09,24 -> 1.09,09

    Liiv:
    34,43 -> 34,39

    Speijers:
    1.47,74 -> 1.47,60
    6.25,47 -> 6.16,46
    13.35,12 -> 13.31,58

    Van de Bunt:
    1.50,01 -> 1.49,30
    3.47,04 -> 3.44,27
    6.34,14 -> 6.27,81
    14.02,09 (gereden in Groningen: hij had nog geen tijd staan)

    De Ponti:
    3.52,19 -> 3.50,42

    _________________
    Dames

    Beune:
    1.52,78 -> 1.52,23
    3.57,09 -> 3.55,72
    6.58,00 -> 6.47,72

    Groot:
    1.17,09 -> 1.16,53
    1.57,14 -> 1.56,54
    4.04,38 -> 4.02,72
    7.04,27 -> 7.00,56

    J. Groenewoud:
    1.18,05 -> 1.17,81 (die 1.18 reed ze toen ze nog maar 17 was, 2,5 jaar geleden)

    Hersman:
    38,43 -> 38,15

    En dat was IKO. Komend weekend verder met JV en JV Development :)
    Laatst bewerkt: 9 mei 2024
  5. Marcel Vos

    Marcel Vos Well-Known Member

    Erg leuke overzichten, met Stolz als geheim wapen van Zaandlander om de PR-strijd keihard te winnen!
    Lorca vindt dit leuk.
  6. Lorca

    Lorca Well-Known Member

    Verrassend genoeg winnen ze het zonder Stolz ook nog van IKO qua PR's. Stolz zullen ze bij AH Zaanlander vermoedelijk wel hard nodig hebben om de strijd met Reggeborgh aan te gaan. Daar hebben ze toch wel de beste kwaliteit/kwantiteit ratio in huis.

    Overigens is het om dit stap voor stap langs te gaan soms ook wel een eyeopener welke schaatsers op een afstand verrassend genoeg juist géén PR reden. Ik noemde Jade Groenewoud hierboven, maar je kunt ook denken aan Tjerk de Boer. Tuurlijk, die liet het langebanen links liggen en reed het gehele seizoen alleen 3km trainingswedstrijdjes en een enkele 1500m bij de IJsselcup terwijl niet fit. Echter zou het mij zeker niet verbazen als hij met z'n sterk verbeterde conditie ondertussen ook wel richting de grens van sub-6.20 kan komen op de 5km zoals zijn ploeggenoten Den Hertog en (ex-ploeggenoot) Wierda dat ook deden. Spijtig dat hij niet een keertje een poging deed in een trainingswedstrijd. Of Kayo Vos, die bij de jeugd eigenlijk op iedere afstand en discipline uit de voeten kon en nu alleen nog maar 500 en 1000 meters rijdt (buiten die afstanden slechts twee 1500 meters voltooid afgelopen seizoen en één matige halve finale Mass Start).

    De matige 10.000m PR's van Speijers en Wierda zijn ook wel een casestudy waard. Zeker het 10km PR van Speijers is waardeloos in vergelijking tot zijn 5km. Hyperspecialisatie op de 5km nog daargelaten. Wierda zou een veel betere tijd op 10 moeten kunnen rijden dan die 13.18 die hij nu heeft staan. Sterker nog: zijn 13.31 in Haarlem is al een véél betere tijd dan zijn eigen PR.
    Marcel Vos vindt dit leuk.

Deel Deze Pagina