Kramer zal pas serieus over een andere coach/trainer denken als hij niet meer alle 5k en 10k wint of een WK allround - te hopen dat dat snel gebeurt zodat hij nog voldoende tijd heeft om van zo'n switch te profiteren.
Ik houd het er nu maar op dat Sven gewoon pas 23 is en evalueren welke plaats hij in de historie krijgt dan maar doen als hij klaar is met zijn carriere. Ik denk dat Sven drie jaar ouder is geworden in deze 2 weken.
Ik denk dat Sven in ieder geval geen historische Olympiaganger gaat worden. Vier jaar zijn echt lang en daarin kan echt heel veel gebeuren (al zie ik hem in 2014 sowieso meedoen om de medailles). Dit geldt al helemaal voor 2018. Ik zie Kramer dus niet het 6x goud van skoblikova verbreken of zo. Toch zal hij in totaal zeker een historische schaatser kunnen worden als hij nog enkele wreldtitels afstanden en allround en nog een of twee keer goud weet te bemachtigen.
Hij heeft goud gewonnen, hij heeft goud verloren door een wissel en hij heeft goud verloren door op een blokje te stappen. Me dunkt dan ben je historisch. Het boek "Van Jaap Eden tot Ard Schenk" (Jaap Peereboom) begint met een lijstje van de beste schaatsers aller tijden. Zijn methodiek voortzettend kom ik tot de volgende lijst Jaap Eden Peder Ostlund Oscar Mathisen Nicolaj Strunnikov Clas Thunberg Ivar Ballangrud Bernt Evensen Michael Staksrud Hjalmar Andersen Oleg Goncharenko Knut Johannesen Kees Verkerk Ard Schenk Eric Heiden Hilbert van der Duim Hein Vergeer Johan Olav Koss Rintje Ritsma Ids Postma Gianni Romme Jochem Uytdehaage Shani Davis Sven Kramer 23 namen. Daar kunnen op grond van andere prestaties (Olympische spelen/EK/WK sprint) nog aan toegevoegd worden. Sigge Ericsson Evgeny Grishin Victor Kosichkin Tommy Gustafson Gaetan Boucher Nikolaj Guljajev Igor Zhelezovsky Jeremy Wotherspoon totaal 31 (10 Nederlanders) Bij de dames kom ik tot het volgende rijtje Laila Schou Nilsen Verne Lesche Maria Isakova Lidija Selikhova Inga Artamanova (Voronina) Valentina Stenina Lydia Skoblikova Stien Kaiser Atje Keulen Deelstra Nina Statkevich Natalia Petrusjova Karin Enke (Busch, Kania) Christa Rothenburger (Luding) Andrea Mitscherlich (Schöne, Ehrig) Bonnie Blair Yvonne van Gennip Gunda Kleemann (Niemann, Stirnemann) Emese Hunyadi (Nemeth) Claudia Pechstein Catriona Le May-Doan Marianne Timmer Anni Friesinger Cindy Klassen Ireen Wüst Martina Sablikova 25 namen (5 Nederlandsen)
Ik denk dat hij zo langzamerhand ook wel wat progressie wil zien op de 1500. Dat is een Mueller wel prima gelukt bij Bøkko, al is het daar toch wel een beetje ten koste van de 5 en zeker de 10 gegaan.
Ik bedoel natuurlijk historisch op grond van prestaties niet op grond van zijn (en/of zijn coach zijn) missers..
Sven is historisch gezien waarschijnlijk wel de enige sporter die objectief 2x de snelste was maar toch geen goud kreeg omgehangen!
Ik heb een stukje geschreven op mijn blog en deel het ook met jullie: Angst om te verliezen Voorafgaand aan de Olympische Spelen heeft Sven Kramer gezegd dat hij voor 1 ding bang was: om te verliezen. En dat gebeurde. Twee keer. Tijdens de OS 2010 in Vancouver. Waarvan sommige mensen hadden gezegd dat het Svencouver moest worden. Dat werd het ook, maar anders dan gedacht was. Kemkers pakte tijdens de rit een white board, schreef daarop “Lee, -2.9”, hield zijn ogen van Sven af in de tijd die hij daarvoor nodig had, deed het dopje weer op de stift en zag Sven vlakbij zich. Waarom, voor wie? Vier jaar lang had Sven alle 10.000 meters waaraan hij meedeed gewonnen. De afstand zit in het hoofd, alle aspecten van die afstand zitten in de vezels. Bij Sven, bij Gerard. Je opent met een rondje 34 seconden en je rijdt er 24 rondjes van 30.8 achteraan en dan heb je een tijd van 12.53.2. Ruim onder de tijd van Lee. Goud. Gerard wist dat, Sven wist dat. Gerard wist dat Sven dat kon. En, belangrijker: Sven wist dat Sven dat kon. Maar ze vertrouwden er niet op. “Lee, -2.9” had niet op een white bord geschreven hoeven te worden. Gerard had alleen maar hoeven te kijken naar zijn pupil. En zijn vingers zo nu en dan omlaag hoeven te doen. Ten teken: je zit 1 seconde onder het schema van 12.53.2, of zijn vingers omhoog hoeven te doen: je zit 1 seconde boven het schema van 12.53.3. En waarom schrijf ik dat laatste eigenlijk op? Gerard zou zijn vingers geen moment omhoog hebben hoeven te doen. Want Sven reed onder het schema en zou onder het schema zijn blijven rijden. Gerard zou naar de heupen van Sven hebben moeten kijken: rijdt Sven technisch nog goed? Eventueel met zijn hand op zijn eigen heup hebben moeten slaan, ten teken: Sven, blijf technisch goed rijden. En waarom schrijf ik dat laatste eigenlijk op? Gerard zou geen moment zijn hand op zijn eigen heup hebben hoeven te slaan. Want Sven reed technisch goed en zou goed zijn blijven rijden. En 2 rondjes voor het einde zou Gerard 3 vingers naar beneden hebben kunnen houden en met een glimlach zijn ogen geen seconde van zijn pupil af hebben kunnen houden en stilletjes van binnen hebben kunnen ontspannen. En Sven zou juichend over de streep zijn gegaan: 12.49.3. Goud. Maar nee, het liep anders. Want Sven had van te voren gezegd: ik ben bang om te verliezen. Alles was gedaan om die angst de kop in te drukken, alles was gedaan om niet te verliezen. Maar niet alles was gedaan om te winnen. Dus verloor Sven. Uiteindelijk heeft hij echter alles gewonnen wat er in Svencouver te winnen viel: nooit zal hij meer bang zijn om te verliezen. Want hij heeft verloren. Zijn angst is hij kwijt. Voorgoed. En dan kun je winnen. Hij weet nu dat hij de beste is: op de 5 k., op de 10 k. en met zijn maatjes op de TP. In Sochi zal hij er ook het Olympisch goud voor krijgen. Heel veel goud.
Volgens mij is dat toch meer een technisch verhaal, wat ik wel een beetje aanvoel, maar waar ik dan liever de echte kenners hier van o.a. het technische topic over laat schrijven. Het heeft te maken met overkomen en terugkomen, en het juiste afzetmoment e.d. Je ziet ook dat Sven aan het begin van het seizoen nog helemaal niet met die 1500 bezig is, en dat in dat technische verhaal pas later accenten worden gelegd. Ook het diepzitten heeft hier mee te maken. (ik meende overigens in de TP te zien dat hij wel wat dieper zat) Voor Sochi denk ik dat hij goud op de 1500 helemaal uit zijn hoofd moet zetten. Je bent dan nog vier jaar verder, en specialiseren op later leeftijd is beter.
+1 Ik denk (ook) dat het probleem was niet alleen de angst om in Vancouver te verliezen, maar om zowiezo ooit een 5k/10k te verliezen. Dat betekent dat je vanaf het begin van elk seizoen goed moet zijn op de lange afstanden en ook vaak (relatief) diep gaan om toch niet een keer tweede te worden. Kramer dwingt zichzelf zo al 3 seizoenen constant (relatief) te pieken. Ik denk dat hij met een andere seizoensopbouw wellicht niet alles meer wint maar wél de belangrijkste wedstrijden kan winnen met grotere verschillen (zoals vroeger). Dan hoeft hij ook niet meer op zijn directe tegenstander te letten of een tijd van een ander in een andere race. Gewoon zijn eigen race-tegen-de-klok rijden.
En daarbij zit nog iets anders: je schrijft over al 3 jaar druk en angst om te verliezen. Na de winst op de 5 km zagen we een vrolijke jongen terug, die we 4 jaar terug voor het laatst gezien hadden. Uiteraard is hij volwassen geworden. Maar zou hij nog plezier hebben in wat hij doet? los van 1e of 2e worden? Of gaat het alleen nog maar om het winnen (en het niet verliezen?). Ik denk dat voor de coach die de komende jaren met hem aan de slag gaat hier de sleutel ligt, want bij elke overwinning komt verlies dichterbij (ook zonder wissel...)... Misschien typje Uytdehaage of Wennemars als mental coach?
In aansluiting op Mi: in het artikel van de Tubantia waar ik in een ander topic ook al aan refereerde, zei Sven dat voor hem de grootste moeilijkheid ligt om de komende tijd te durven verliezen. Hij weet zelf dus ook wel dat de lat nu onmetelijk hoog ligt, en dat je die ook een keer moet kunnen laten vieren. Hij zou ook wat meer wereldbekerwedstrijden laten varen, en alleen voor EK en WK gaan. Ik vind het wel knap dat hij zijn eigen valkuilen al kent, zo jong als hij is, en van plan is om daar wat aan te doen. Voor de fans is het natuurlijk een raar idee dat Sven het rustiger aan gaat doen, en ik ben trouwens ook benieuwd hoe hij dit precies gaat invullen. Als hij ergens aan de start staat, zal hij echt niet denken: ik ga het vandaag maar eens lekker rustig aan doen. Waarschijnlijk dus minder wedstrijden en tegen de tijd dat Sotsji echt nadert, zal hij wel weer vol gas geven.